Speech in oorlogstijd

Speechen is de kunst van het spreken in het openbaar. Met een indrukwekkende speech kun je heel veel bereiken. Je kunt mensen motiveren, inspireren of zelfs oproepen tot protest of strijd. Denk maar aan beroemde speeches zoals die van Martin Luther King (I Have a Dream), of Nelson Mandela (A Rainbow Nation). In ons land maakten de 4 mei-lezingen van Roxane van Iperen (2021) en Andre van Duijn (2020) grote indruk.

In tijden van oorlog zijn speeches van bijzonder belang. De spreker moet zijn/haar woorden heel zorgvuldig kiezen. Een verkeerd woord, een verkeerde toon of een onduidelijke boodschap kunnen de situatie nog veel erger maken. Maar een goede speech kan wereldwijd hoop geven, leed erkennen en troost bieden.

De Oekraïense president Volodymyr Zelensky hield een onvergetelijke speech toen Rusland in februari van 2022 met grof militair geweld zijn land binnenviel. Ondanks het enorme onrecht en leed dat zijn land werden aangedaan sprak hij zelf taal die je niet meteen oorlogstaal zou noemen. Hij had het niet over vechten of vijanden, maar vroeg aan alle Russen ‘voer met ons geen oorlog, we zijn buren’ . Op deze manier liet hij zien hoe onrechtvaardig en onzinnig deze oorlog is, en wat er volgens hem moet gebeuren om de oorlog te beëindigen. Bij een speech als deze voelt het publiek zowel de persoon van de spreker alsook de boodschap zuiver en ‘hard’ binnenkomen.

Voor deze oefening gaan we terug naar het begin van de Tweede Wereldoorlog, in 1940. Nederland wordt bezet door de legers van de Duitse dictator Hitler, en het land leeft in doodsangst. In die oorlogssituatie schrijf jij een korte speech waarmee je anderen moed in wilt spreken.

Om een begin te maken vragen we je eerst deze situatie voor te stellen:

  • Je staat in een zaaltje, bijvoorbeeld een gymzaal of een dorpshuis, of de aula van een school,
  • Je staat op een klein houten podium en je hebt een eenvoudige microfoon.
  • In het publiek zie je enkele klasgenoten en andere bekenden, maar ook mensen die je niet kent.
  • De sfeer is bedrukt. Iedereen is bang voor de bezetters.

Hoe ga je je speech opbouwen?

  • Ieder persoon heeft meerdere gezichten en speelt meerdere rollen. Je bent bijvoorbeeld dochter, vriendin, zus, linksbuiten, half-Spaans en klimaatactiviste tegelijk. Kijk goed welke rol past bij jouw persoon en bij jouw boodschap. Om je boodschap zo effectief mogelijk over te brengen is het raadzaam om een ‘rol’ te kiezen, waarvan uit je spreekt. Je kunt bijvoorbeeld spreken vanuit de rol van:
    – bezorgde zus
    – motiverende coach (vanuit je ervaring op het voetbalveld)
    – onwrikbare activiste.
  • Iedereen heeft bijzonderheden in zijn/haar persoonlijke situatie of karaktereigenschappen die hij/zij aan het publiek kunt tonen. De een heeft een originele manier van naar de wereld kijken, de ander kan goed vertellen, etc. Denk even na welk sterk punt van jezelf wilt gebruiken voor je speech.
  • Schrijf het begin van je speech met een anekdote die je vanuit je rol vertelt. Put daarmee zoveel mogelijk uit eigen ervaring.

Als een leider van een land, zoals Zelensky, een speech houdt dan luistert iedereen omdat hij de leider is. Maar als jij gaat speechen zal dat niet vanzelfsprekend zo zijn, omdat het publiek nog niets van jou weet.

Het is dus zaak dat jouw publiek je zo snel mogelijk leert kennen, het liefst meteen in de eerste zin, want als ze je kennen kunnen ze jouw woorden beter plaatsen en luisteren ze beter.

Om dat goed en snel te doen, moet je eerst je ethos (= hoe jij persoonlijk in het leven staat) onderzoeken. Niet je hele houding in het leven natuurlijk, maar wel je houding in deze oorlog. Je kunt jezelf vragen stellen als:

  • Wat vind jij van de oorlogssituatie?
  • Hoe sta jij zelf erin?
  • Wat is er nodig om het op te lossen?
  • Wat vraagt het van je om het te verdragen?
  • Wat eis je van jezelf?
  • Hoe vind jij kracht?

Als je zelf heel goed weet wat je denkt en vindt, kun je die houding ook aan je publiek overbrengen, en zal het publiek vanaf de eerste zin goed naar je luisteren. Ook als je heel jong bent. Denk maar aan klimaatactiviste Greta Thunberg: zij wist met haar strenge houding en taal af te dwingen dat volwassenen naar haar gingen luisteren.

Schrijf een paar woorden op die de kern vormen van jouw houding tegenover de oorlog.

De volgende stap is te gaan nadenken over je publiek. Dat publiek kun je raken met pathos (= taal die op hun gevoel inspeelt). Om dat te bereiken, moet je niet je eigen gevoel, maar het gevoel van het publiek onderzoeken. Want als je daarop aanhaakt, voelt dat publiek zich gezien en gehoord, en staat het ervoor open iets van jou aan te nemen. Denk nog even aan het voorbeeld van Zelensky: hij is krachtig zonder dat hij oorlogstaal gebruikt. Hij draagt vrede uit, net zoals zijn publiek vrede wil, en geen oorlog.

Zoek antwoord op de volgende vragen om meer te weten te komen over je publiek:

  • Wie vormt jouw publiek, wie zijn de onbekenden in de zaal, denk je?
  • Welk gevoel denk jij dat er bij dat publiek vooral leeft?
  • Waar heeft het publiek moed voor nodig?
  • Welk gevoel wil jij op dat publiek overdragen (sterk zijn, verdraagzaam, dapper, volhardend, strijdlustig, .?)

Tenslotte moet je nadenken over je logos (= je boodschap). Wat wil je dat je publiek van jouw speech meeneemt?

Zoek weer antwoorden op deze vragen:

  • wat is je boodschap van moed? Wat wil je zeggen dat moed geeft? Schrijf dat in één zin op. Tip: dit is misschien een goede slotzin.
  • past de taal die je gebruikt bij de houding die je het publiek wilt laten zien (ethos) en het gevoel dat je op wilt roepen (pathos), en de boodschap die je uitdraagt (logos)?
  • wil je nog iets meer weten over ethos, pathos en logos voor je echt gaat schrijven, kijk dan naar deze uitleg met voorbeelden van oud-advocaat en journalist Khalid Kasem in zijn Taalbaas Masterklas.
  • schrijf nu je speech in maximaal 200 woorden. Alles wat je onderzocht hebt over je ethos, pathos en logos moet erin zitten;
  • draag je speech-in-wording af en toe voor jezelf voor, om te zien of je al in de buurt komt van wat je wilt bereiken.

Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, heeft de Nederlandse koningin Wilhelmina vanuit Engeland Nederlanders toegesproken. De Engelse radio, BBC, maakte een kwartiertje ruimte in een bestaand programma. Dat kwartiertje werd ‘Radio Oranje’ genoemd. Hieronder lees je een zin uit de allereerste speech die Wilhelmina via de BBC aan Nederlanders gaf. Je gaat die zin op ethos, logos, pathos onderzoeken om te zien hoe Wilhelmina van die drie gebruik maakte.

  • lees eerst de zin, en zoek eventueel woorden op die je niet begrijpt:

Ik wek mijn landgenoten, in het vaderland en overal waar zij zich bevinden, op om, hoe moeilijk en donker de tijden ook zijn, te blijven vertrouwen in de eindoverwinning van onze zaak, die niet alleen sterk staat door de kracht der wapenen, maar niet minder om het besef dat het gaat om onze heiligste goederen.

  • Wilhelmina begint in de ik-vorm, maar dat blijft niet zo, want ze gaat naar de wij-vorm ( “onze zaak”, “onze heiligste goederen”). Welke effect heeft het overgaan van ik- naar wij-vorm op jou? Waarom zou ze dat zo gedaan hebben? Doet ze hier iets met ethos, logos of pathos?
  • Wilhelmina zegt “landgenoten” en “overal waar zij zich bevinden”. Waarom zou ze juist deze woorden gekozen hebben? Doet ze hier iets met ethos, logos of pathos?
  • Wilhelmina zegt “hoe moeilijk en donker de tijden ook zijn”. Ze zegt “tijden”, in het meervoud dus en geeft daarmee het idee de tijd van nu misschien allemaal nog wel erger gaat worden (“er komen misschien nog moeilijker tijden aan”). Waarom zal ze dat zo gezegd hebben? Doet ze hier iets met ethos, logos of pathos?
  • Wilhelmina heeft het over “onze zaak” en “onze heiligste goederen”. Dat zijn best vage woorden. Wat bedoelt ze ermee, denk je? En waarom zou ze juist deze wat vage woorden gekozen hebben? Doet ze hier iets met ethos, logos of pathos?

 

Bron:
Radio Oranje

Kijk nog eens naar je eigen speech. Kun je die aanscherpen met wat je geleerd hebt van het voorbeeld van de speech van Wilhelmina? Kijk naar:

    • Het perspectief van waaruit je schrijft (ik-vorm, hij/zij-vorm, wij-vorm, jullie-vorm?)
    • Wat je over jezelf vertelt aan je publiek.
    • Je woordkeuze waarmee je moed over wilt dragen: hoe probeer je dat gevoel bij je publiek teweeg te brengen?

 

Meer weten? 

  • Wat vond je van de oefening, of wat heb je geschreven? Vul het hieronder in!

    Neem contact met ons op